Olieverf / Doek: 31 x 29 cm
Médard Maertens was een Belgisch grafisch kunstenaar, kunstschilder en tekenaar. Hij was gehuwd met Marthe Guillain; zij was ook kunstenaar was. Hij hoorde onder andere tot de Brabantse fauvisten. Hij volgde lessen aan de Academies van Tielt en Roeselare en tijdens zijn militaire dienst aan de Academie van Antwerpen. Hij maakte deel uit van de kunstenaarskring rond brouwer Van Haelen, later de Brabantse fauvisten genoemd. Hij ontwikkelde een "persoonlijk fauvisme", met heldere, contrasterende kleuren en zwarte contouren. Zijn eerste expositie was met de kunstenaarskring "Doe Stil Voort" in 1908. In dat zelfde jaar stelde hij zijn werken ook tentoon in "Salon de Gand" in Gent,"Salon des Indépendants" in Parijs en "Salon La Libre Esthétique" in Brussel. Hij meldde zich vrijwillig bij het front tijdens de Eerste Wereldoorlog. Na 1916 gaat hij zich voorzichtig toeleggen op het expressionisme. In 1917 ontmoette hij Marthe Guillain, een oorlogsverpleegster met een artistieke opleiding. Maertens begeleidde haar naar de fauvistische schilderkunst. Zij zou later zijn vrouw worden. Na de oorlog werd zijn kleurenpalet donkerder en evolueerde hij naar een meer realistische stijl. Zowel als schilder, graveur en tekenaar maakte Maertens vooral portretten, landschappen, genretaferelen en stillevens. In 1920 verhuisden ze naar Parijs. Ze kregen drie kinderen. Ze worden er geassocieerd met de Avant-Garde (Fernand Léger, Chaïm Soutine, Suzanne Valadon, Maurice de Vlaminck en Paul Signac). Médard Maertens stierf in 1946 in Brussel.