Aankomende bomschuiten Aankomende bomschuiten

H.W. (HENDRIK WILLEM) MESDAG 1831 Groningen - 1915 Den Haag Aankomende bomschuiten

Olieverf / Doek: 120,5 x 100,5 cm


Beschikbaar, prijs op aanvraag
  • Dit object kan bekeken worden in onze gallery
  • Bel ons voor meer informatie: +31 26 361 1876
  • Wereldwijde verzending mogelijk

Details

Pal voor de wind varend nadert de Scheveningse vissersvloot met grote snelheid de kust. Het water spat hoog op tegen de boeg van het voorste schip. De bemanning begint de zeilen te strijken om de snelheid terug te brengen voordat het anker uitgaat als de bomschuit het strand bereikt heeft. De aankomende schepen vormen een grote diagonaal die het beeld bepaalt. Hendrik Willem Mesdag was de onbetwiste meester van het Hollandse zeestuk in de negentiende eeuw. Als een van de belangrijkste schilders van de Haagse School was hij de enige die zich vooral richtte op de zee. De wind, de golven en bedrijvigheid van de vissers waren zijn favoriete onderwerpen. Hektische momenten als dit hadden Mesdags voorkeur. Steeds beeldde hij het moment af waarop de rust van het strand verstoord wordt door plotselinge activiteit. Mesdag was bovendien een meester in het weergeven van de zee en de branding, de suggestie van de harde wind, en de stoere beheersing van de elementen door de vissers. Bovenal was Mesdag de meester van het bijzondere licht aan zee, van de loodgrijze lucht waar de zon doorheen probeert te schijnen, geschilderd met oneindig veel nuances, en van de zee, die meer licht lijkt te geven dan de lucht.

Scheveningen was Mesdags werkterrein. Veel schilders voelden zich aangetrokken tot dit schilderachtige dorp, zo dicht bij Den Haag. Het was Jozef Israëls die er het 19de-eeuwse vissersgenre ontwikkelde, waarin hij het harde, eenvoudige leven van de arme, maar nobele vissers verbeeldde. Voor anderen, als Weissenbruch of Akkeringa, ging het meer om de schoonheid van strand, duinen en zee en speelde het vissersleven een minder grote rol. Voor Isaac Israels waren het de flanerende badgasten en de ezelrijdende kinderen die zijn aandacht hadden, waar voor diens vader Jozef het harde vissersleven het onderwerp was geweest. Zoals heel Nederland maakte ook Scheveningen een metamorfose door in de tweede helft van de 19de eeuw. Langzamerhand veranderde het pittoreske vissersplaatsje in een mondaine badplaats. Voor een jongere generatie werd dit nu hun onderwerp. Een tijd lang bestonden de badcultuur en het traditionele vissersleven naast elkaar. Die verandering werd door de schilders aanvankelijk genegeerd, maar de vissers, die hun bomschuiten het strand op trokken en daar de vis aan land brachten tussen de badgasten, zouden verdwijnen. Na een rampzalige storm in 1894, die een groot deel van de Scheveningse vissersvloot verwoestte, kreeg Scheveningen een vissershaven, die in 1904 in gebruik werd genomen. Voortaan was het strand voor de toeristen.
Voor de vissers een verbetering, maar niet voor Mesdag. In een interview uit 1906 mopperde hij: "Maar 't bedrijf in Scheveningen is er veel minder op geworden, nu met die vissershaven. Al die nieuwigheden, waar dient het voor? (...) Wat ik daar gemaakt heb zo'n vijf jaar of wat geleden, dat krijg je nooit meer te zien! Da's uit, met Scheveningen is 't gedaan. En als ik 't niet alles nog wist van vroeger, uit die schetsen, -waarachtig dan was 't afgelopen." Naast zijn liefde voor de bedrijvigheid van de vissers was Mesdag ook een groot natuurliefhebber en voorstander van natuurbehoud. Ook op deze punten werd het in Scheveningen niet beter. Het ultieme monument voor het dorp is het Panorama, dat Mesdag in 1881 voltooide. Dit is het enige werk van Mesdag waarop hij de Scheveningse badcultuur en het toerisme afbeeldde. We zien er flanerende dames onder parasols, badkoetsen waarmee men ongezien een duik in zee kon nemen, de stoomtram waardoor het strand makkelijk te bereiken was, en Hotel-café Bellevue. Even verderop gaan de vissers hun gang zoals ze altijd gedaan hadden.

Artiest
H.W. (HENDRIK WILLEM) MESDAG1831 Groningen - 1915 Den Haag
Titel
Aankomende bomschuiten
Materiaal & Techniek
Olieverf / Doek
Afmetingen
Hoogte: 120,5 cm
Breedte: 100,5 cm
Signatuur
Rechtsonder gesigneerd
Provenance
Aangekocht bij Carl Johann Heinrich Müller (1849-1935), Utrecht, 1900-1910 (ca)
Particuliere collectie (3e generatie), Nederland, 1910 (ca)
Literatuur
Acc. Johan Poort, Mesdag. Artiste à La Haye 1831-1915, 1984, Wassenaar, p. 122, no. 97.3
Datering
ca. 1897
Categorie
Schilderijen

Over H.W. (HENDRIK WILLEM) MESDAG

Mesdag is een van de beroemdste Nederlandse schilders uit de 19e eeuw. Zijn impressionistische stijl volgt de regels van de Haagse School, waarvan hij een van de grondleggers was. Hij werd geboren in een welgestelde familie in Groningen, in het noorden van Nederland. Voorbestemd om in zijn vaders voetsporen te treden als bankier, begon zijn professionele carrière als kunstenaar relatief laat. Pas na de dood van zijn vader verhuisde hij met zijn vrouw Sientje van Houten, ook een kunstenaar, via Brussel naar Den Haag om niet alleen een prominent kunstenaar in de nieuw gevormde Haagse School te worden, maar ook een groot verzamelaar van hedendaagse (19e-eeuwse) kunst. Als professioneel schilder vestigde hij zich in een atelier in Scheveningen, met uitzicht op de Noordzee. Hij had zijn onderwerp gevonden! In eindeloze variaties schilderde hij de steeds veranderende zee en luchten, de vissersschepen, de zware arbeid van het trekken van de schepen elke nacht op het strand. Toen er in 1904 eindelijk een haven werd gebouwd om de schepen te beschermen tegen stormen, was Mesdag ervan overtuigd dat het zijn levenstaak was om de herinnering levend te houden aan "hoe het vroeger was". Daarom zien we zelden een stoomschip of de nieuwe haven door hem geschilderd. Mesdag was een prominent figuur in de samenleving, populair en gerespecteerd. Hij was een productief schilder en zijn werken bevinden zich in vele musea en privécollecties over de hele wereld. Een prachtig Nederlandse weergave van zee en lucht die universeel aanspreekt. Mesdags verzameling van tijdgenoten vormt samen met enkele van zijn eigen werken de basis van een museum in Den Haag. Het bekendste museum in Den Haag is gewijd aan het Panorama Mesdag, een unieke 360 graden weergave van het 19e eeuwse Scheveningen. Het is een van de weinige overgebleven geschilderde panorama's in Europa dat te zien is in een speciaal gebouwde ronde koepel. Het trekt vele duizenden bezoekers per jaar.

Mesdags fascinatie voor de zee begon in 1868 toen hij en zijn vrouw Sientje Mesdag-van Houten hun jaarlijkse bezoek brachten aan hun geboortestad Groningen en het eiland Norderney bezochten waar Mesdag zijn eerste zeestudies maakte. Zijn internationale carrière begon met de gouden medaille die hij ontving op de Salon Paris in 1870 voor het schilderij Les Brisants de la Mer du Nord. Gestimuleerd door zijn succes in Parijs en zijn liefde voor de zee, richtte Mesdag zich op de Noordzee en de vissers daar. Hij kocht een kamer in de 'Villa Elba' en later in Hotel Rauch aan het Scheveningse strand en beschouwde zichzelf als een realistisch zeegezichtschilder. Vanuit zijn kamer kon hij de zee in weer en wind observeren en legde zijn impressies van de Nederlandse Noordzee en alle activiteiten op het Scheveningse strand onder alle omstandigheden vast. Een periode van grote erkenning brak aan. Tot zijn dood in 1915 bezocht Mesdag regelmatig de zee om inspiratie op te doen voor zijn schilderijen. Maar toen het karakter van het vissersdorp rond de eeuwwisseling veranderde in een moderne badplaats, gebruikte hij zijn oude schetsen als basis voor zijn schilderijen. Mesdag schilderde het huidige lot in 1890, op het hoogtepunt van zijn carrière, en zijn toewijding aan het uitbeelden van het thema kusttaferelen was goed ingeburgerd in de nationale en internationale kunstwereld. Niet alleen de critici van de Salon roemden de oprechtheid van zijn werken en de waarheidsgetrouwe weergave van de werkelijkheid, ook vandaag de dag wordt Mesdag om deze capaciteiten zeer bewonderd.