J.TH. (JAN) TOOROP


Kunstenaars

Biografie

J.TH. (JAN) TOOROP
1858 Poerworedjo (Indonesië) - 1928 Den Haag (Nederland)

Jan Toorop was in de late 19de en de vroege 20ste eeuw de spil in het web van de Nederlandse en Europese kunstwereld. Hij gaf een belangrijke impuls aan de vernieuwing van de kunst in Nederland door zijn contacten met buitenlandse kunstenaars, maar ook door bekendheid te geven aan het werk van Vincent van Gogh. Hij introduceerde nieuwe kunststromingen, zoals de art-nouveau, het symbolisme en het pointillisme. Toorop was vaak de eerste die nieuwe stijlen en technieken overnam, op zijn eigen manier verwerkte en doorgaf aan kunstenaars in binnen- en buitenland. Hij was, als enige Nederlander, lid van de progressieve kunstenaarsvereniging Les Vingt in Brussel. In Engeland ontdekte hij de pre-rafaelieten en de Arts and Crafts-beweging, wat grote invloed had op zijn monumentale en symbolistische werk. In 1887 ging hij met de Belgische schilder James Ensor naar Parijs, waar hij het werk van de pointillisten Georges Seurat en Paul Signac zag en onmiddellijk toepaste in zijn eigen werk. Hiermee had hij een enorme invloed op Jan Sluijters, Leo Gestel en Piet Mondriaan. Jan Toorop was degene, die als eerste het pointillisme en vervolgens het divisionisme in Nederland introduceerde; later in een andere vorm voortgezet en verder ontwikkeld door Jan Sluijters (1881-1957), Leo Gestel (1881-1941) en Piet Mondriaan (1872-1944). Toorop werd door zijn regelmatig verblijf in België en zijn goede contacten met kunstenaars in Brussel in het begin van de jaren tachtig als enige Nederlander uitgenodigd lid te worden van de avant-gardegroep "Les XX". Prominente kunstenaars als James Ensor (1860-1949), Theo van Rijsselberghe (1862-1926), Fernand Khnopff (1858-1921), Henry van de Velde (1863-1957), Félicien Rops (1833-1898) en Georges Lemmen (1865-1916) maakten van "Les XX" deel uit. Toorop functioneerde min of meer als intermediair tussen Nederland en België: hij zorgde er voor dat kunstenaars van de Haagse School in België konden exposeren en omgekeerd liet hij Nederland kennis maken met nieuwe stromingen van onze zuiderburen. Elk jaar zond hij werk in naar de tentoonstellingen van "Les XX". Opvallend is de invloed die het werk van Ensor uit de beginjaren van de groep op Toorop had. Zowel diens onderwerpen, maar ook het gebruik van het paletmes ontleende hij aan Ensor. Zeeland en met name Domburg op Walcheren was een badplaats waar Toorop in de beginjaren van de 20ste eeuw vele zomermaanden doorbracht, er tentoonstellingen organiseerde en geestverwanten uitnodigde naar de badplaats te komen. Toorops divisionisme, ook wel blok-pointille genaamd, bestond uit korte losstaande verfstreken, veelal in ongemengde kleuren opgebracht, waardoor een mozaïek-achtige structuur tot stand kwam. Het schilderij "Jonge boerin appels aan het plukken" is een goed voorbeeld van deze techniek. Toorop woonde in 1905 in Amsterdam en zou daar met zijn nieuwe schilderwijze de voorloper worden van de stroming die een jaar later het Amsterdamse luminisme zou gaan heten, met o.a. Sluijters, Gestel en Mondriaan als representanten, die tot 1911 in deze stijl zouden werken.